Onderwijs - PBS & Pestprotocol

 

PBSPBS

PBS staat voor Positive Behaviour Support. 

Het primaire doel van PBS  is om leerprestaties te  verbeteren door vanuit gedeelde waarden een sociale omgeving te scheppen die het leren bevordert en gedragsproblemen voorkomt. PBS wordt gekenmerkt door de volgende 5 pijlers:

-schoolbreed werken vanuit gedeelde waarden (veiligheid/vertrouwen, respect en verantwoordelijkheid)

-preventie staat centraal

-vanuit gedeelde waarden verwachtingen concreet maken, deze actief aanleren en positief bekrachtigen

-besluitvorming over gedragsbeïnvloeding op basis van data en borging van de aanpak

-er is sprake van partnerschap met ouders en samenwerking met de keten.

 

Door samen met onze leerlingen gedragsverwachtingen op te stellen en deze zichtbaar in de verschillende ruimtes in de school te hangen betrekken wij de leerlingen actief bij de omgangsregels. Dit wordt versterkt door het geven van zelf ontworpen gedragslessen met daarin gewenst en ongewenst gedrag. We oefenen per periode actief met de gedragsverwachtingen en stellen daarbij een ruimte centraal. Leerlingen en groepen worden beloont voor positief gedrag door middel van groepsbeloningen. We meten aan het eind van de periode of het ongewenst gedrag is afgenomen ten opzichte van de start van de periode. 

 

Anti-Pestbeleid

Op school geldt de algemene schoolregel die op verschillende plekken in het gebouw zichtbaar is.

Je gaat met een ander om, zoals jij wilt dat een ander met jou omgaat

In de groepen wordt ongeveer 1 keer per maand  een ruimte centraal gesteld. Per ruimte zijn er regels opgesteld. In zijn algemeenheid hebben wij de volgende regels:    PBS regels                                                                                                                                            

  • We geven elkaar complimenten.                                                                                        
  • We gedragen ons rustig in school.
  • We vertellen alleen leuke dingen over elkaar.
  • Je lost een ruzie op door met elkaar te praten.
  • Je zorgt goed voor je eigen spullen en die van een ander.
  • Kom alleen aan een ander als die dat ook wil.
  • Doe met een ander kind alleen wat je zelf ook leuk vindt.
  • We noemen elkaar bij de voornaam.
  • We laten andere kinderen zoveel mogelijk meespelen.
  • We zijn aardig voor elkaar.
  • We luisteren goed naar elkaar.
  • We zijn allemaal verschillend en dus nemen we elkaar zoals we zijn.

We hanteren ook een pestprotocol.  Dat kunt u hier inzien.